TNN - jaargang 117, nummer 1, maart 2016
dr. P.J. Nederkoorn , prof. dr. A. Algra
De Cochrane Collaboration is een internationale non-profitorganisatie met als doel het ondersteunen van wetenschappelijk onderbouwde beslissingen over interventies in de gezondheidszorg. Sinds de oprichting is de Collaboration enorm in omvang gegroeid en momenteel zijn er meer dan 50 ‘editorial groups’. Eén hiervan, de Cochrane Stroke Group (CSG), waarvan beide auteurs van dit artikel momenteel deel uitmaken, bestond in 2013 twintig jaar. Het feit dat de reviews veel geciteerd worden in nationale en internationale richtlijnen bewijst dat CSG-reviews over beroerte een belangrijke aantoonbare invloed hebben op de dagelijkse klinische praktijk. Voor de toekomst ligt de uitdaging in het bijgewerkt houden en prioriteren in het aanbod reviews, bij de groeiende hoeveelheid literatuur over behandelingen voor patiënten met een beroerte.
(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2016;117(1):32–35)
Lees verderTNN - jaargang 116, nummer 4, december 2015
C.H. Drent , prof. dr. P.J. Hoekstra
De in 2011 verschenen Europese richtlijnen voor Gilles de la Tourette en andere ticstoornissen bieden aanbevelingen op basis van beschikbare wetenschappelijke literatuur en expertconsensus voor diagnostiek en behandeling in de klinische praktijk. Dit artikel geeft een samenvatting van de voornaamste conclusies en aanbevelingen.
(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2015;116(4):205-210)
TNN - jaargang 116, nummer 3, september 2015
R.A. van der Kruijk , dr. K. Jellema , dr. G. Hageman , drs. H.P. Bienfait
De huidige richtlijn “Licht traumatisch hoofd/hersenletsel” maakt geen onderscheid tussen triviaal c.q. minor trauma en de overige traumata. In de praktijk blijkt dit tot overdiagnostiek te leiden. Op grond van het ongevalsmechanisme en de waargenomen letsels kan vaak worden gesteld dat het slechts om een triviaal trauma gaat. Voor patiënten uit deze categorie stellen wij een wijziging van de minor criteria voor. Met name de criteria “uitwendig letsel” en “val van elke hoogte” zouden afhankelijk kunnen worden gesteld van de ernst van het traumamechanisme. Verder wordt in de geldende richtlijn nog geen uitspraak gedaan over directe orale anticoagulentia en therapeutische heparines, clopidogrel, ticagrelor of combinaties van plaatjesremmers. Ons voorstel is om het gebruik van dit soort medicatie, net zoals nu voor conventionele antistolling geldt, als major criterium in het algoritme op te nemen. Verder observationeel onderzoek zal deze voorstellen moeten bekrachtigen/ onderbouwen.
(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2105;116(3):154-158)
TNN - jaargang 116, nummer 3, september 2015
prof. dr. J. van der Naalt
(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2015;116(3):152-153)
Lees verderTNN - jaargang 116, nummer 2, juni 2015
L. ten Dam , dr. E. Brusse , dr. A.J. van der Kooi
Zwakte van de limb-girdle – schouder/bovenarm en heup/bovenbeen – spiergroepen komt voor bij een heterogene groep van relatief zeldzame aandoeningen en kan zijn oorsprong hebben in alle delen van het perifeer-motorisch neuron. In dit artikel wordt een richtlijn gegeven voor de diagnostiek naar deze groep aandoeningen.
(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2015;116(2):96-102)
TNN - jaargang 115, nummer 3, september 2014
prof. dr. H.J.M. Majoie
Op 15 november 2013 is de nieuwe richtlijn ‘Diagnostiek en Behandeling van Epilepsie’ online gegaan. Deze richtlijn is uitsluitend web-based en is te vinden op het adres http://epilepsie.neurologie.nl. Binnenkort zal deze richtlijn ook te vinden zijn in de richtlijnendatabase (www.richtlijnendatabase.nl). Op de website treft u de meest actuele geautoriseerde richtlijntekst aan. De richtlijn epilepsie bestaat uit een set van aanbevelingen over specifieke klinische problemen, en berust daar waar mogelijk op wetenschappelijk onderzoek aangevuld met expertise van zorgverleners en/of ervaring van zorggebruikers. De richtlijn gaat in op een aantal vragen of knelpunten in de diagnostiek en de behandeling van patiënten met epilepsie. De richtlijn epilepsie is nadrukkelijk geen allesomvattend handboek. In de huidige bijdrage wordt ingegaan op het gebruik van de website, en op enkele nieuwe elementen uit de richtlijn.
(Tijdschr Neurol Neurochir 2014;115:15-61)
TNN - jaargang 115, nummer 3, september 2014
M. Munneke , prof. dr. B.R. Bloem
In 2004 werd het eerste ParkinsonNet zorgnetwerk voor Parkinson patiënten opgezet in de regio Arnhem-Nijmegen. Dit regionale netwerk bestond uit 19 fysiotherapeuten, 9 logopedisten, 9 ergotherapeuten en 3 ziekenhuizen. Nu, 10 jaar later, heeft iedere regio in Nederland een regionaal multidisciplinair netwerk van in Parkinson gespecialiseerde zorgverleners. In deze bijdrage beschrijven we de ontwikkeling van het ParkinsonNet, de wetenschappelijke onderbouwing van het concept en onze visie op de toekomst van netwerkzorg in Nederland.
(Tijdschr Neurol Neurochir 2014;115:162-70)